Waarom ‘duurzame’ cosmetica vaak niet zo onschuldig zijn. – over de thesis van Nele Hulders
Steeds meer cosmeticamerken profileren zich als ‘groen’ of ‘duurzaam’, maar wat betekent dat eigenlijk? Achter termen zoals natuurlijk of plasticvrij schuilt vaak meer marketing dan realiteit. Deze masterproef onderzoekt hoe het gebrek aan duidelijke Europese regels rond duurzame cosmetica leidt tot greenwashing, verwarring bij consumenten en oneerlijke concurrentie tussen bedrijven. Wat blijkt? Zonder een juridisch verankerde definitie blijft duurzaamheid vooral een belofte, geen garantie.
We gebruiken dagelijks allerlei verzorgingsproducten: shampoos, crèmes, deodoranten, parfums. Ze beloven niet alleen schoonheid, maar ook een schoon geweten. Termen als natuurlijk, plasticvrij en duurzaam duiken overal op. Toch bestaat er geen enkele wettelijke definitie van wat ‘duurzame cosmetica’ precies inhoudt. Dat juridische vacuüm opent de deur voor greenwashing en misleidende marketing, en vraagt dan ook dringend om invulling.
Beloftes in plastic verpakt
De cosmetica-industrie is een van de snelst groeiende markten ter wereld. Jaarlijks besteden consumenten miljarden aan producten die niet alleen hun uiterlijk, maar ook hun impact op het milieu beloven te verbeteren. Maar achter die glanzende beloftes schuilt een minder fraaie realiteit.
Veel cosmetica bevatten chemische stoffen zoals microplastics, bepaalde UV-filters en PFAS (per- en polyfluoralkylstoffen). Deze stoffen zijn nauwelijks afbreekbaar en blijven jarenlang in het milieu circuleren. Via ons afvalwater belanden ze in rivieren, zeeën en uiteindelijk ook in ons drinkwater, waar ze zich opstapelen in de bodem, fauna en zelfs in ons lichaam.
Ook de verpakkingen laten hun sporen na: plastic doppen, folies en tubes worden zelden correct gerecycleerd en dragen zo bij aan de groeiende afvalberg. Ondanks deze ecologische impact hanteren producenten alsmaar vaker termen als vegan, clean beauty of 100% natuurlijk. Zonder duidelijke spelregels kan elke entiteit immers een eigen invulling geven aan deze termen, wathet voor consumenten bijzonder moeilijk maakt om werkelijk duurzame keuzes te maken.
De Europese Unie heeft strenge regels ter waarborging van de veiligheid van de gebruiker. Zo bepaalt de Cosmeticaverordening welke stoffen veilig zijn voor de huid, maar milieueffecten blijven grotendeels buiten beeld. De REACH- en CLP-verordeningen, die chemische stoffen reguleren, houden slechts in beperkte mate rekening met duurzaamheid.
Een product kan dus volledig wettelijk in orde zijn en tegelijk het milieu ernstig belasten. Met andere woorden: de wet beschermt de mens, maar niet de planeet.
In het vacuüm van duidelijke wetgeving zijn privélabels en certificaten ontstaan, zoals COSMOS, NaTrue en het EU-Ecolabel. Elk hanteert eigen criteria met verschillende drempels en accenten. Dat zorgt voor inconsistentie en verwarring: een crème die in het ene systeem ‘natuurlijk’ heet, krijgt dat label elders niet. Voor consumenten is het verschil moeilijk te doorzien, wat leidt tot een ongelijk speelveld voor bedrijven die werkelijk investeren in duurzaamheid.
België hinkt achterop, Frankrijk en Nederland tonen ambitie
Ook op nationaal niveau zijn de verschillen groot. België beschikt over een degelijk juridisch kader, maar benut dat onvoldoende om duurzaamheid in de cosmeticasector te stimuleren. De Wet Productnormen biedt nochtans mogelijkheden om milieunormen vast te leggen voor producten, maar in de praktijk wordt dat instrument nauwelijks toegepast op cosmetica.
Nederland gaat verder met de Wet Milieubeheer, die bedrijven verplicht hun milieu-impact te beperken. Frankrijk nam zelfs een voortrekkersrol op zich met de Loi PFAS 2025, die het gebruik van deze schadelijke stoffen in cosmetica vanaf 2026 verbiedt.
Deze voorbeelden tonen dat nationale overheden niet hoeven te wachten op Europa om richting te geven aan een duurzamere sector.
Twee bedrijven, één boodschap
Gesprekken met WONDR (België) en Naïf Care (Nederland) tonen dat het gebrek aan juridische duidelijkheid niet alleen een theoretisch probleem is, maar ook duurzame bedrijven in de praktijk afremt. Beide merken proberen duurzaamheid te verankeren in hun werking, niet als marketingstrategie, maar als overtuiging.
WONDR wil het gebruik van plastic in het dagelijks leven drastisch verminderen en ontwerpt producten met aandacht voor de volledige levenscyclus. Naïf Care kiest voor natuurlijke ingrediënten, recycleerbare verpakkingen en transparantie. Toch stuiten beide merken op dezelfde grens: zonder uniforme regels kan elke producent zijn eigen definitie van duurzaamheid hanteren.
Dit gebrek aan eenduidigheid maakt het voor duurzame bedrijven bijna onmogelijk om hun inspanningen geloofwaardig te bewijzen. Ondertussen krijgen merken die duurzaamheid vooral als marketing gebruiken vrij spel. Hun boodschap is dan ook duidelijk:
“Zonder duidelijke spelregels blijft duurzaamheid een kwestie van interpretatie. Bedrijven die inspanningen leveren, worden niet beloond, terwijl oppervlakkige claims moeiteloos scoren.”
Daarom pleiten WONDR en Naïf Care voor een geharmoniseerde, wettelijk verankerde definitie van duurzame cosmetica, gekoppeld aan een betrouwbare certificering die rekening houdt met de volledige levenscyclus van producten. Alleen zo ontstaat een eerlijk speelveld waarin bedrijven als WONDR en Naïf Care niet langer worden overschaduwd door greenwashing.
Zonder spelregels geen eerlijk speelveld
Wat deze bedrijven ervaren, weerspiegelt een breder probleem binnen de sector. Het ontbreken van duidelijke en uniforme regels heeft gevolgen die verder reiken dan de individuele producent. Wanneer iedereen zijn eigen invulling aan duurzaamheid kan geven, ontstaat verwarring bij consumenten en oneerlijke concurrentie tussen bedrijven.
Bedrijven die werkelijk investeren in duurzame innovatie krijgen te weinig erkenning, terwijl merken die duurzaamheid louter gebruiken als marketinginstrument probleemloos kunnen meeliften op de groene trend. Het resultaat is een ongelijk speelveld waarin transparantie ontbreekt en het vertrouwen van consumenten geleidelijk afbrokkelt.
De ervaringen van WONDR en Naïf Care tonen zo hoe dringend nood is aan duidelijke, afdwingbare spelregels die het begrip ‘duurzame cosmetica’ concreet maken en de geloofwaardigheid van de sector herstellen.

De nood aan een duidelijke definitie van duurzame cosmetica
Uit een grondige analyse van het regelgevend kader blijkt, zoals reeds eerder vermeld, dat geen Europese definitie bestaat van ‘duurzame cosmetica’. Daardoor ontbreekt een gemeenschappelijke basis om duurzaamheidsclaims te toetsen of te handhaven. Een geharmoniseerde, juridisch verankerde Europese definitie van duurzame cosmetica is dan ook cruciaal om het huidige versnipperde systeem te doorbreken.
Op basis van uitgebreid juridisch onderzoek werd in deze masterproef een eigen definitie ontwikkeld die de ecologische dimensie centraal stelt en uitgaat van de volledige levenscyclus van een product:
“Duurzame cosmetica zijn cosmetische producten die gedurende hun volledige levenscyclus – van grondstofwinning tot productie, gebruik en afvalfase – het milieu en de gezondheid van mens en dier zo min mogelijk belasten, in overeenstemming met de beginselen van circulaire economie en duurzame chemie.”
Deze benadering maakt duidelijk dat duurzaamheid niet beperkt mag blijven tot de keuze van ingrediënten of verpakkingen. Ook productieprocessen, transport, energieverbruik en afvalbeheer moeten in rekening worden gebracht. Een duurzaam product is dus pas echt duurzaam wanneer alle fasen in de keten zo min mogelijk ecologische schade veroorzaken.
Daarnaast benadrukt de definitie het belang van testbaarheid en transparantie. Duurzaamheid moet meetbaar en controleerbaar zijn, zodat zowel bedrijven als consumenten weten waarop ze kunnen vertrouwen.
Een juridisch verankerde definitie creëert zo een duidelijk toetsingskader: beleidsmakers kunnen beter handhaven, bedrijven krijgen richtlijnen om te innoveren en consumenten beschikken over betrouwbare informatie. Ze vormt de ontbrekende schakel om greenwashing tegen te gaan en duurzame innovatie structureel te stimuleren.
Schoonheid binnen de grenzen van de planeet
Duurzame cosmetica gaan niet alleen over schoonheid, maar ook over verantwoordelijkheid. Wat vandaag op onze huid belandt, spoelt morgen onze rivieren in. De keuzes die we maken – als producent, consument of beleidsmaker – bepalen mee de toekomst van onze planeet. Een transitie naar werkelijk duurzame cosmetica vraagt daarom gezamenlijke inspanningen: beleidsmakers moeten een duidelijk en afdwingbaar wettelijk kader uitwerken, bedrijven moeten verder kijken dan marketing en hun milieu-impact eerlijk in kaart brengen, en consumenten moeten kritisch blijven en misleidende labels durven bevragen.
Pas wanneer schoonheid de grenzen van de planeet respecteert, kunnen we spreken van verantwoorde verzorging: producten die niet alleen goed zijn voor onszelf, maar ook voor de wereld om ons heen.